marifoon

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  marifoon    (hulp, bestand)
  • IPA: /mariˈfon/
Woordafbreking
  • ma·ri·foon
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord marifoon marifoons
(marifonen)
verkleinwoord marifoontje marifoontjes

Zelfstandig naamwoord

demarifoonm

  1. (scheepvaart) mobilofoon voor gebruik te water
Afgeleide begrippen
  • marifoonkanaal

Gangbaarheid

  • Het woord marifoon staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
64 %van de Nederlanders;
32 %van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.