melker
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: melker (hulp, bestand)
Woordafbreking
- mel·ker
Woordherkomst en -opbouw
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | melker | melkers |
| verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de melker m
- iemand die melkt
Verwante begrippen
- melkster
Hyponiemen
- duivenmelker, geitenmelker, hoendermelker, huisjesmelker, koemelker, schapenmelker
Afgeleide begrippen
- melkerskoorts
Gangbaarheid
- Het woord melker staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "melker" herkend door:
| 96 % | van de Nederlanders; |
| 93 % | van de Vlamingen.[3] |
Verwijzingen
- ↑ melker op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.