messinggieter
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: messinggieter (hulp, bestand)
- IPA: / ˈmɛsɪŋˌɣitər / (4 lettergrepen)
Woordafbreking
- mes·sing·gie·ter
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van messing zn en gieter zn [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | messinggieter | messinggieters |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de messinggieter m
- (beroep) iemand die voorwerpen vervaardigt door een gesmolten legering van koper en zink in mallen te laten stollen
- ▸ ⧖ Naast de wevers komen de volders en kaarders; uit het smidsambacht ontwikkelen zich vele andere, ieder met een scherp omschreven functie en een daaraan beantwoordend gilde; de messinggieter mag niet bij het smidsgilde behooren, enz.[2]
Hyperoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'messinggieter' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron Th. Keulemans“Het gildewezen, opkomst, bloei en verval” (1941), H.P. Leopold's Uitgevers-Mij. N.V., Den Haag, p. 33/34
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.