messteek

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  messteek    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • mes·steek
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord messteek messteken
verkleinwoord messteekje messteekjes

Zelfstandig naamwoord

demessteekm

  1. verwonding met een mes
    • De moordenaar had het slachtoffer met wel 20 messteken om het leven gebracht. 
  2. (figuurlijk) iets was een messteek door iemands hart
    • De ijselijke kreet van het meisje ging als een messteek door het hart van de bezorgde vader.</ref> 
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord messteek staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.