ministerpapier

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  ministerpapier    (hulp, bestand)
  • IPA: /miˈnɪstərpaˌpir/ (5 lettergrepen)
Woordafbreking
  • mi·nis·ter·pa·pier
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord ministerpapier -
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

hetministerpapiero

  1. groot formaat blad van beschrijfbaar materiaal
     Wij stilden onze eetlust en beantwoordden tussenin de vragen van de smid, die ten slotte inktpot en pen van de schoorsteenmantel nam en daarna uit een hoge lessenaar op poten een blad ministerpapier.[1]
Opmerkingen
Verwante begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord ministerpapier staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. Weblink bron Geluk in december het tweede jaar in: Dietsche Warande en Belfort., jrg. 123 nr. 4 (mei 1978), Standaard Uitgeverij, Antwerpen / Etten-Leur, p. 268
  2. Weblink bron
    Peter Bakema
    “Vlaams-Nederlands woordenboek.”, 2e druk (2004), Standaard, Antwerpen / Het Spectrum, Utrecht, ISBN 9071206629, p. 195
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.