molentocht
| Niet te verwarren met: Molentocht |
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: molentocht (hulp, bestand)
- IPA: / ˈmolənˌtɔxt / (3 lettergrepen)
Woordafbreking
- mo·len·tocht
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van molen zn en tocht zn [1]
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | molentocht | molentochten |
| verkleinwoord | molentochtje | molentochtjes |
Zelfstandig naamwoord
de molentocht m
- (waterbeheer) voornaamste watergang van een polder, waar aan het eind een gemaal ligt
- ▸ ⧖ Op de molens loopen meestal 8 à 12 M. breede molentochten aan[2]
- toer langs verschillende windmolens of watermolens
- ▸ De molentocht is een oer-Hollandse route die door de mooie binnenstad van Haarlem gaat en diverse molens passeert.[3]
- 1. Een sluis in een molentocht.
- 2. Een molentocht op de schaats in 1966.
Gangbaarheid
- Het woord molentocht staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron A. A. Beekman“Nederland als polderland” (1884), Thieme, p. 96
- ↑ Weblink bron Gearchiveerde versie Club Spaarne“Vaarroute - Molentocht” op boatday.nl
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.