muskiet

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  muskiet    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • mus·kiet
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Spaans of Portugees, in de betekenis van ‘insect’ voor het eerst aangetroffen in 1630 [1] [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord muskiet muskieten
verkleinwoord muskietje muskietjes

Zelfstandig naamwoord

demuskietm

  1. steekmug
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord muskiet staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
96 %van de Nederlanders;
95 %van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.