najagen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  najagen    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈnajaɣə(n)/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • na·ja·gen
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
najagen
jaagde na
joeg na
nagejaagd
klasse 6

zwak -d
gemengd

volledig

Werkwoord

najagen

  1. overgankelijk achter iets aanzitten
    • Hij joeg vermaardheid en rijkdom na. 
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord najagen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.