nesteling

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  nesteling    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • nes·te·ling
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord nesteling nestelingen
verkleinwoord nestelingetje nestelingetjes

Zelfstandig naamwoord

denestelingm

  1. (valkerij) een jonge roofvogel uit eigen kweek die nog opgeleid moet worden
    • Deze vogel is een nesteling en is dus niet uit de natuur gehaald. 
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord nesteling staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
84 %van de Nederlanders;
81 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.