nortonbuis

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  nortonbuis    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈnɔrtɔmˌbœys/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • nor·ton·buis
Woordherkomst en -opbouw
  • samenstelling van  Norton en  en  buis zn , naar de patenthouder (sinds 10 augustus 1868) in Engeland, J.L. Norton [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord nortonbuis nortonbuizen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

denortonbuisv/m

  1. ijzeren buis met aan de onderzijde een stalen puntstuk en in de wand een serie kleine gaatjes die voor de aanleg van een kunstmatige waterbron in de grond wordt geslagen tot een watervoerende laag is bereikt
    • We hadden brongas. Een grondboorbedrijf (Lierop of Nierop?) had met sondering een nortonbuis van 20 cm. middellijn ingebracht tot ze op grint en water kwamen (± 23 m.), daar kwam een houten buis in met gaatjes, bekleed met fijn kopergaas. [2]
    • Voortgegaan met het debarkeren van het genie-park, waterputten in het nieuwe bivouac gemaakt, na alvorens eene nortonbuis te hebben ingedreven, deze kon echter niet dieper dan 1.60 M. worden ingeheid; de punt was op die diepte nat, en toonde duidelijk het aanwezen van water. [3]
Synoniemen
  • nortonpijp
Verwante begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord nortonbuis staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.