nov
Niet te verwarren met: nov. |
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: november (hulp, bestand)
- IPA: /noˈvɛmbər/
Woordafbreking
- nov
Woordherkomst en -opbouw
- (verkorting) van het Nederlandse zelfstandige naamwoord november
Zelfstandig naamwoord
de nov m
- (afkorting) elfde kalendermaand, november
- «Gesloten: 5 nov 2011 en 19 nov 2011.»
- Op 5 en 19 november 2011 gesloten.
- «Gesloten: 5 nov 2011 en 19 nov 2011.»
Opmerkingen
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Afkortingen van de namen van de maanden op website: taaladvies.net; geraadpleegd 2016-10-25
Gangbaarheid
- Het woord nov staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.