novitiaat

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  novitiaat    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • no·vi·ti·aat
Woordherkomst en -opbouw
  • uit het Frans
enkelvoud meervoud
naamwoord novitiaat novitiaten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

hetnovitiaato

  1. de tijd dat men nog niet officieel als lid tot een organisatie is toegelaten
Verwante begrippen

Gangbaarheid

47 %van de Nederlanders;
57 %van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.