obra

Spaans

Uitspraak
  • IPA: /'o.βɾa/
Woordafbreking
  • o·bra
enkelvoud meervoud
obra obras

Zelfstandig naamwoord

obra v

  1. werk, werkstuk, oeuvre, compositie
  2. metselwerk
Uitdrukkingen en gezegden
  • manos a la obra
aan de slag, handen uit de mouwen

Verwijzingen

    Werkwoord

    vervoeging van
    obrar

    obra

    1. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van obrar
    2. gebiedende wijs (bevestigend) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd (presente) van obrar
    Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.