ontsieren

Nederlands

Uitspraak

Geluid: ontsieren (hulp, bestand)

Woordafbreking

ont·sie·ren

Woordherkomst en -opbouw

Afgeleid van sieren met het voorvoegsel ont-

stamtijd
onbepaalde wijs	verleden tijd	voltooid deelwoord
ontsieren	ontsierde	ontsierd
zwak -d	volledig

Werkwoord

ontsieren

overgankelijk van de schoonheid beroven
- Het gewrocht ontsierde de omgeving.

Synoniemen

ontluisteren, bederven

Vertalingen

1. van de schoonheid beroven

Duits: verunzieren ^(de)
Engels: mar ^(en), disfigure ^(en)

Frans: enlaidir ^(fr)
Spaans: afear ^(es), desgraciar ^(es)

Gangbaarheid

Het woord ontsieren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "ontsieren" herkend door:

98 %	van de Nederlanders;
96 %	van de Vlamingen.^[1]

Verwijzingen

↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.