onverlaat

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  onverlaat    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈɔɱvərˌlat/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • on·ver·laat
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord onverlaat onverlaten
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

deonverlaatm

  1. inslechte persoon

Gangbaarheid

  • Het woord onverlaat staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
94 %van de Nederlanders;
94 %van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.