opgebouwd

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  opgebouwd    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • op·ge·bouwd
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van: opbouwen…
verbogen vorm: opgebouwde

opgebouwd

  1. voltooid deelwoord van opbouwen
stellend
onverbogen opgebouwd
verbogen opgebouwde
partitief opgebouwds

Bijvoeglijk naamwoord

opgebouwd

  1. gemaakt
    • Hij heeft het huis met eigen handen opgebouwd. 
    • Hij heeft goede relaties met zijn klangen opgebouwd. 
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord opgebouwd staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.