opschepper

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  opschepper    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • op·schep·per
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord opschepper opscheppers
verkleinwoord opscheppertje opscheppertjes

Zelfstandig naamwoord

deopschepperm

  1. iemand die vaak opschept tot ergernis van anderen
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord opschepper staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.