overrijden

Nederlands

Uitspraak

(klemtoonhomogram)

  • Geluid:  overríjden    (hulp, bestand)
    • IPA: /ˌovəˈrɛɪdə(n)/ (5 lettergrepen)
  • Geluid:  óverrijden    (hulp, bestand)
    • IPA: /ˈovəˌrɛidə(n)/ (4 lettergrepen)
Woordafbreking
  • over·rij·den
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
overrijden
overreed
overreden
klasse 1 volledig

Werkwoord

overríjden

  1. overgankelijk met de wielen van een voertuig over iets of iemand heen rijden.
    • De advocate voerde ook medische redenen aan om het gezin niet terug te sturen. De oudste dochter van 8 jaar werd twee jaar geleden overreden door een vrachtwagen en heeft nog steeds last hiervan. [1] 
    • Ons hondje werd vorige week overreden. 
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
overrijden
reed over
overgereden
klasse 1 volledig

Werkwoord

óverrijden

  1. ergatief een brug of grens rijdend passeren.
    • We waren de brug nog maar net overgereden toen we een lekke band kregen. 
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord overrijden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
97 %van de Nederlanders;
96 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

  1. Reformatorisch Dagblad 21-1-2019 Advocate: Armeens gezin uitgezet
  2. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.