pais

Niet te verwarren met: país

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  pais    (hulp, bestand)
  • IPA: /pɑjs/ (1 lettergreep)
Woordafbreking
  • pais
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord pais
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

depaisv/m

  1. toestand van rust en vrede
Uitdrukkingen en gezegden
  • pais en vree
    toestand waarin alle conflicten opgelost zijn
 Alles lijkt pais en vree in idyllisch Odessa[4]
 Maar nu het stemrecht eindelijk was ingevoerd, zou alles pais en vree moeten zijn.[5]
Synoniemen
Anagrammen

Gangbaarheid

  • Het woord pais staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
60 %van de Nederlanders;
21 %van de Vlamingen.[6]

Meer informatie

Verwijzingen

Middelnederlands

Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

pais m (soms v)

  1. toestand van rust en vrede
Overerving en ontlening

Verwijzingen

Oudfrans

Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

pais

  1. toestand van rust en vrede
Overerving en ontlening

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.