partneroefening

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  partneroefening    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • part·ner·oe·fe·ning
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord partneroefening partneroefeningen
verkleinwoord partneroefeningetje partneroefeningetjes

Zelfstandig naamwoord

departneroefeningv

  1. (sport)oefening die je samen met iemand anders uitvoert
    • De partneroefening is een van de dingen die ik haat op kampen, workshops en cursussen. 

Gangbaarheid

  • Het woord 'partneroefening' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.