passech
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: passech (hulp, bestand)
- IPA: /'pɑsəx/
- Sofeer: passəch
Woordafbreking
- pas·sech
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | passech | passechs |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
passech
- (Jiddisch-Hebreeuws) bepaald schriftteken voor klinker met a-karakter
Verwante begrippen
- Hebreeuws: patach
Gangbaarheid
- Het woord 'passech' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Stichting Hebreeuwse en Jiddisje woorden in het Nederlands
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.