passiefbouw
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: passiefbouw (hulp, bestand)
Woordafbreking
- pas·sief·bouw
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van passief bn en bouw zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | passiefbouw | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
de passiefbouw m
- energie zuinige bouw
- ▸ Het echte geheim van de renovatie betreft natuurlijk de omvorming tot vrijwel energieneutrale ‘passiefwoningen’. Voor de eigenaar, woningcorporatie Domijn, was dat keiharde noodzaak, gezien de extreem hoge energielasten in de tochtige woonblokken van weleer. Het Arnhemse architectenbureau Wismans en De Jong, maakte het ontwerp, een novum in de passiefbouw. Nog niet eerder werden bestaande woningen tot energieneutrale paradepaardjes omgevormd.[1]
Gangbaarheid
- Het woord passiefbouw staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Herman Haverkate“Denekamperbrink Enschede: woningen met een warme jas” (08-03-2014), Tubantia
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.