patiënte
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: patiënte (hulp, bestand)
- IPA: /pɑˈsʲɛnt/
Woordafbreking
- pa·ti·en·te
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | patiënte | patiëntes |
verkleinwoord | patiëntetje | patiëntetjes |
Zelfstandig naamwoord
de patiënte v
- iemand die medische hulp krijgt
- Als patiënte ben ik zeer tevreden over mijn arts.
Verwante begrippen
- patiënt m
Gangbaarheid
- Het woord patiënte staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "patiënte" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
98 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.