pimpelaar

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  pimpelaar    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • pim·pe·laar
Woordherkomst en -opbouw

Naamwoord van handeling van pimpelen met het achtervoegsel -aar

enkelvoud meervoud
naamwoord pimpelaar pimpelaars
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

depimpelaarm

  1. iemand die met kleine teugjes toch een grote hoeveelheid alcoholische drank tot zich neemt
    • De man met de grote dikke neus was een echte pimpelaar. 

Gangbaarheid

  • Het woord pimpelaar staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
85 %van de Nederlanders;
74 %van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.