plaatsbal

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  plaatsbal    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • plaats·bal
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord plaatsbal plaatsballen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

deplaatsbalm

  1. (sport) een goed geplaatste bal om een doelpunt te kunnen scoren
     De verdediger stapte veel te snel in op Lestienne, die met een simpel kapje en een plaatsbal zijn ploeg op 1-3 bracht.[1]
     Geen twintig minuten later deelde Angel zijn tweede dodelijke prik uit, ditmaal met een knappe plaatsbal buiten het bereik van Courtois.[2]

Gangbaarheid

  • Het woord plaatsbal staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
43 %van de Nederlanders;
66 %van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

  1. Weblink bron
    Junior Verbeeke
    “Standard blijft alleen leider” (14/09/2019), De Standaard
  2. Weblink bron
    Thomas Standaert
    “Onzichtbare Eden Hazard met Real Madrid pijnlijk onderuit bij PSG op halve sterkte, Thomas Meunier scoort” (18/09/2019), De Standaard
  3. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.