poeper
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: poeper (hulp, bestand)
Woordafbreking
- poe·per
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | poeper | poepers |
verkleinwoord | poepertje | poepertjes |
Zelfstandig naamwoord
de poeper m [2]
Hyponiemen
Gangbaarheid
- Het woord poeper staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "poeper" herkend door:
90 % | van de Nederlanders; |
93 % | van de Vlamingen.[3] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.