porster

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  porster    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈpɔrstər/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • por·ster
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord porster porsters
verkleinwoord porstertje porstertjes

Zelfstandig naamwoord

deporsterv

  1. (beroep) (historisch) vrouw die op de ramen of deuren van mensen kwam tikken om ze te wekken (in de tijd dat veel mensen nog geen wekker hadden)
     Zeer zeker tot in de jaren zestig werd mijn vader gepord. Dat was door Ciska de porster. Haar echte naam was Ciska van der Wouden. De Tuinstraat, Anjeliersstraat en Egelantiersstraat had zij als wijk. Zij porde mijn vader (slager en parttime inbreker) om circa vijf uur 's morgens. Ik hoor haar nu nog: 'Co, ben je wakker?' Dit na een fiks aantal rammen op de deur.[2]
Hyperoniemen
  • wekster
Verwante begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord 'porster' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
14 %van de Nederlanders;
19 %van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Weblink bron “Amsterdams Lijflied 2: de Jordaan” (24 juli 2011), Het Parool
  3. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.