rangeerder

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  rangeerder    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ran·geer·der
Woordherkomst en -opbouw
  • Naamwoord van handeling van rangeren met het achtervoegsel -der
enkelvoud meervoud
naamwoord rangeerder rangeerders
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

derangeerderm

  1. (beroep) (spoorwegen) spoorwegbeambte die werkzaam is bij het rangeren
  2. (spoorwegen) rangeermachine

Gangbaarheid

  • Het woord rangeerder staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
90 %van de Nederlanders;
83 %van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.