razeil

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  razeil    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • ra·zeil
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord razeil razeilen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

hetrazeilo

  1. (scheepvaart) een vierkantig of rechthoekig zeil dat bevestigd is aan een horizontale dwars geplaatste ra, die aan de scheepsmast hangt, dwars op de vaarrichting
     Een ander succesvol „werkpaard” is de haringbuis. Vigelantie (Waakzaamheid) heet het model in het Scheepvaartmuseum, met aan de kleine mast een razeil.[2]
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord razeil staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
18 %van de Nederlanders;
17 %van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Weblink bron
    Clasina van den Heuvel
    “Spraakmakende schepen” (Clasina van den Heuvel 25-11-2005), Reformatorisch Dagblad
  3. Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.