rekker

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  rekker    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • rek·ker
Woordherkomst en -opbouw
  • Naamwoord van handeling van rekken met het achtervoegsel -er[1]
enkelvoud meervoud
naamwoord rekker rekkers
verkleinwoord rekkertje rekkertjes

Zelfstandig naamwoord

derekkerm

  1. voorwerp waarmee men iets kan rekken
Hyponiemen
  • handschoenenrekker, handschoenrekker, schoenrekker
Anagrammen

Gangbaarheid

  • Het woord rekker staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
72 %van de Nederlanders;
94 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Noors

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
Woordafbreking
  • rek·ker
Naar frequentie 1660

Zelfstandig naamwoord

rekker

  1. nominatief onbepaald mannelijk en vrouwelijk meervoud van rekke
Anagrammen

Nynorsk

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
Woordafbreking
  • rek·ker

Zelfstandig naamwoord

rekker

  1. nominatief onbepaald vrouwelijk meervoud van rekke
Anagrammen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.