ressource

Niet te verwarren met: resource

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  ressource    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • res·sour·ce
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord ressource ressources
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

deressourcev

  1. middel van bestaan
  2. (schaak) middel om je uit een moeilijke situatie te redden

Gangbaarheid

  • Het woord 'ressource' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
45 %van de Nederlanders;
56 %van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.