rietbeslag
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: rietbeslag (hulp, bestand)
- IPA: / ˈridbəˌslɑx / (3 lettergrepen)
Woordafbreking
- riet·be·slag
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van riet zn en beslag zn [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | rietbeslag | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het rietbeslag o
- (waterbeheer) tijdelijke afdekking met riet als taludverdediging
- ▸ ⧖ De gehele oppervlakte van het rijs- of rietbeslag wordt tot de koppen der tuinpalen af gedekt met grind, grond, puin of ballaststeen.[2]
- ▸ De constructie bestaat uit rietzoden op het ingegraven talud tot net boven de waterlijn. Het hele talud wordt met rietbeslag en spijkerpalen vastgezet. Voordat het rietbeslag wordt verwerkt wordt het talud ingezaaid met gras.[3]
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord 'rietbeslag' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Weblink bron L.G. van Breen“Holland's Rijshout” (1920), Oosterbaan en Le Cointre, Goes, p. 162
- ↑ Weblink bron A. Nijhuis“Oevers in het benedenrivierengebied” (1995), Rijkswatrstaat, dir. ZH, p. 18
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.