rinoceros

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  rinoceros    (hulp, bestand)
  • IPA: /riˈnosəˌrɔs/ (4 lettergrepen)
Woordafbreking
  • ri·no·ce·ros
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord rinoceros rinocerossen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

derinocerosm

  1. (onevenhoevigen) benaming voor grote zware zoogdieren uit de familie Rhinocerotidae  die voorkomen in Afrika en Azië leeft en worden gekenmerkt door een hoorn aan de voorkant van hun kop
Synoniemen

neushoorn

Vertalingen
   1. zie: neushoorn   

Gangbaarheid

  • Het woord rinoceros staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
66 %van de Nederlanders;
61 %van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.