roodwangig

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  roodwangig    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • rood·wan·gig
Woordherkomst en -opbouw
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen roodwangigroodwangigerroodwangigst
verbogen roodwangigeroodwangigereroodwangigste
partitief roodwangigsroodwangigers-

Bijvoeglijk naamwoord

roodwangig [1]

  1. blozende rode wangen hebbend
  2. (figuurlijk) jeugdig, onvervaren, naïef
     Hij voegde eraan toe dat de meisjes van de Sociaaldemocratische Jongerenorganisatie vaak heel charmant waren met hun roodwangige idealisme.[2]

Gangbaarheid

  • Het woord roodwangig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)
    “Het einde van het verhaal” (2020), Uitgeverij Prometheus , ISBN 9789044645521
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.