schandek
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: schandek (hulp, bestand)
Woordafbreking
- schan·dek
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van schan zn en dek zn [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | schandek | schandekken |
verkleinwoord | schandekje | schandekjes |
Zelfstandig naamwoord
het schandek o
- (scheepvaart) afdekking waarlangs vocht of vuil afglijdt aan een schip of gebouw
Synoniemen
Gangbaarheid
- Het woord 'schandek' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Verwijzingen
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.