sjofar

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  sjofar    (hulp, bestand)
  • IPA: /ʃoˈfɑr/
Woordafbreking
  • sjo·far
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Hebreeuws, in de betekenis van ‘ramshoorn, bazuin’ voor het eerst aangetroffen in 1912 [1]
  • Herkomst: Hebreeuws [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord sjofar sjofars
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

desjofarv/m

  1. (Jiddisch-Hebreeuws) ramshoorn
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord sjofar staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
15 %van de Nederlanders;
11 %van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.