sjorringtouw

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  sjorringtouw    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈʃɔrɪŋˌtɑu/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • sjor·ring·touw
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord sjorringtouw sjorringtouwen
verkleinwoord sjorringtouwtje sjorringtouwtjes

Zelfstandig naamwoord

hetsjorringtouwo

  1. (waterbeheer) relatief dun touw, gebruikt voor het binden van zinkstukken
     De dubbele en stijve wiep worden aan elkander gekoppeld met sjorringtouwtjes, in plaats van met banden.[2]

Gangbaarheid

  • Het woord 'sjorringtouw' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Weblink bron
    L.G. van Breen
    “Hollands'Rijshout” (1920), Oosterbaan en Le Cointre, p. 99
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.