slaappil

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  slaappil    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˈslapɪl/ (2 lettergrepen)
Woordafbreking
  • slaap·pil
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord slaappil slaappillen
verkleinwoord slaappilletje slaappilletjes

Zelfstandig naamwoord

deslaappilv

  1. (farmacologie) tablet die zorgt dat je in slaap valt en blijft slapen
    •  
Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord slaappil staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.