slaapvertrek

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  slaapvertrek    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • slaap·ver·trek
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord slaapvertrek slaapvertrekken
verkleinwoord slaapvertrekje slaapvertrekjes

Zelfstandig naamwoord

hetslaapvertreko

  1. vertrek waarin men kan slapen
     Hij liep door haar kamer tot aan de deur van het slaapvertrek en keerde daar om.[2]
     In de haven van Harwich controleerde de douane zijn truck. De chauffeur zei dat hij computeronderdelen vervoerde, maar verstopt onder een deken lag in zijn slaapvertrek een tas met pakjes cocaïne.[3]
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord slaapvertrek staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Anna Karenina” (1877), G.A. van Oorschot , ISBN 9789028276062
  3. Weblink bron “Nederlander veroordeeld tot 10 jaar cel in Engeland voor drugssmokkel” (10-07-2018), NOS
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.