smokkelarij

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  smokkelarij    (hulp, bestand)
  • IPA: /ˌsmɔkəlaˈrɛi/ (4 lettergrepen)
Woordafbreking
  • smok·ke·la·rij
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord smokkelarij smokkelarijen
verkleinwoord smokkelarijtje smokkelarijtjes

Zelfstandig naamwoord

desmokkelarijv

  1. herhaaldelijk goederen stiekem over de grens brengen om accijns, invoerrechten of een verbod te omzeilen zodat ze met veel winst kunnen worden verkocht
     Alleen Venezuela was pesterig genoeg om op alle import uit kolonies in zijn omgeving speciale, zware ‘Antilliaanse rechten’ te heffen, waarmee het overigens smokkelarij op grote schaal in de hand werkte.[2]
Hyperoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord smokkelarij staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Weblink bron
    Albert Helman
    “Kroniek van Eldorado. Deel 2. Gefolterden zonder verweer.” (1995), In de Knipscheer, Amsterdam, ISBN 9062657338, p. 109 op nrc.nl
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.