sneeuwoverlast

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  sneeuwoverlast    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • sneeuw·over·last
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord sneeuwoverlast
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

desneeuwoverlastm

  1. (meteorologie) op een onacceptabel niveau hinder ondervinden van sneeuw
     De temperatuur schommelde de afgelopen dagen rond het vriespunt. In Winterswijk maakte men zich deze week op voor de eerste schaatswedstrijden op natuurijs, terwijl in Twente code geel gold vanwege de sneeuwoverlast. November 2023 is de boeken ingegaan als een zachte maand, met een gemiddelde temperatuur van 7,8 graden, maar met een ijskoud slot.[1]


Synoniemen
  • sneeuwhinder

Gangbaarheid

  • Het woord 'sneeuwoverlast' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Weblink bron “‘Mijn advies: ga lekker de kou in’” (5 december 2023), NewScientist
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.