solderen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  solderen    (hulp, bestand)
  • IPA: /sɔlˈderə(n)/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • sol·de·ren
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
solderen
soldeerde
gesoldeerd
zwak -d volledig

Werkwoord

solderen

  1. overgankelijk (metaalbewerking) door verhitting vloeibare tussenstof (het soldeer) aanbrengen tussen losse metaaldelen waardoor deze na afkoeling vast verbonden blijven
    • De monteur soldeert de afgebroken draad aan de luidspreker. 
  2. overgankelijk (handel) (verouderd) geheel voldoen van een rekening
  3. overgankelijk tegen een verlaagde prijs verkopen
Synoniemen
Hyponiemen
  • [1] oversolderen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord solderen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
98 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.[5]

Meer informatie

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.