spanne

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  spanne    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • span·ne
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord spanne spannen
verkleinwoord spannetje spannetjes

Zelfstandig naamwoord

despannev/m

  1. (tijds)interval of afstand, (span d.w.z. een oude (niet-metrische) lengtemaat zijnde de afstand tussen de toppen van duim en pink van de uitgestrekte hand)
Hyponiemen
Vertalingen

Werkwoord

vervoeging van
spannen

spanne

  1. aanvoegende wijs van spannen

Gangbaarheid

  • Het woord spanne staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
75 %van de Nederlanders;
64 %van de Vlamingen.[2]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.