sparrengroen
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: sparrengroen (hulp, bestand)
Woordafbreking
- spar·ren·groen
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van spar zn en groen zn met het invoegsel -en- [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | sparrengroen | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het sparrengroen o
- (kleur) het groen van de naalden van een spar
- ▸ Mulisch beschrijft hoe het broertje van de verongelukte jongen, nadat de kist is neergelaten, met een handvol zand een stap te ver naar voren doet, en door het sparrengroen zelf in de kuil belandt.[2]
Verwante begrippen
Gangbaarheid
- Het woord sparrengroen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ “Tonio : een requiemroman” (2011), De Bezige Bij , ISBN 9789023467014
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.