speelgoedbeest

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  speelgoedbeest    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • speel·goed·beest
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord speelgoedbeest speelgoedbeesten
verkleinwoord speelgoedbeestje speelgoedbeestjes

Zelfstandig naamwoord

hetspeelgoedbeesto

  1. een zachte pop in de vorm van een dier
     „Wat heb je daar?" vroeg ik, op het speelgoedbeestje in zijn hand wijzend.[1]


Synoniemen

Gangbaarheid

  • Het woord speelgoedbeest staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Victoria Holt
    “De Engelse gouvernante” (1981), Saga, ISBN 9788726484823
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.