stalknecht
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: stalknecht (hulp, bestand)
- IPA: / ˈstɑlknɛxt / (2 lettergrepen)
Woordafbreking
- stal·knecht
Woordherkomst en -opbouw
- van Middelnederlands stalcnecht, samenstelling van stal zn en knecht zn [1]
| enkelvoud | meervoud | |
|---|---|---|
| naamwoord | stalknecht | stalknechts stalknechten |
| verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
de stalknecht m
- (beroep) iemand die paarden verzorgt en de stal netjes houdt
Synoniemen
- groom
- paardenknecht
- stalbediende
Gangbaarheid
- Het woord stalknecht staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "stalknecht" herkend door:
| 98 % | van de Nederlanders; |
| 99 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.