stilzwijgend

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  stilzwijgend    (hulp, bestand)
  • IPA: /stɪlˈzwɛixənt/ (3 lettergrepen)
Woordafbreking
  • stil·zwij·gend

stilzwijgend [1]

Werkwoord

vervoeging van: stilzwijgen
verbogen vorm: stilzwijgende

stilzwijgend

  1. onvoltooid deelwoord van stilzwijgen
Woordafbreking
  • stil·zwij·gend
Woordherkomst en -opbouw
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen stilzwijgendstilzwijgenderstilzwijgendst
verbogen stilzwijgendestilzwijgenderestilzwijgendste
partitief stilzwijgendsstilzwijgenders-

Bijvoeglijk naamwoord

  1. zonder iets openlijk uitgesproken te hebben
    • Met de stilzwijgende deal zou de nieuwe coalitie - met elf raadsleden net één zetel groter dan de oppositie - spotten met de regels van de lokale democratie. [2] 
    • Ze hebben al een stilzwijgende afspraak met elkaar gemaakt. Wat de uitslag ook wordt, morgenochtend is er hoe dan ook contact tussen vader en zoon. ,,De winnaar gaat bellen. Pa kan dus een telefoontje van mij verwachten," zo lacht Gino Bosz. [3] 
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord stilzwijgend staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen

Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.