stoof
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: stoof (hulp, bestand)
Woordafbreking
- stoof
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | stoof | stoven |
verkleinwoord | stoofje | stoofjes |
Zelfstandig naamwoord
de stoof v / m
- (huishouden) toestel waarin een vuur brandt om een ruimte te verwarmen
Synoniemen
Hyponiemen
- broedstoof, droogstoof, houtstoof, kerkstoof, keukenstoof, kolenstoof, Leuvense stoof, mazoutstoof, schoolstoof, stationsstoof, theestoof, voetenstoof
Zie ook: stoofschotel
Uitdrukkingen en gezegden
- Als ons kat een koe was dan konden we ze melken achter de stoof
Een volkomen hypothetische veronderstelling.
Vertalingen
Werkwoord
vervoeging van |
---|
stoven |
stoof
Werkwoord
vervoeging van |
---|
stuiven |
stoof
Gangbaarheid
- Het woord stoof staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "stoof" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen.[5] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ "stoof" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ stoof op website: Etymologiebank.nl
- ↑ stoof op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018), Fontaine Uitgevers
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.