strategisch
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: strategisch (hulp, bestand)
- IPA: /straˈteɣis/
Woordafbreking
- stra·te·gisch
Woordherkomst en -opbouw
- van Duits strategisch; op te vatten als afgeleid van strategie met het achtervoegsel -isch [1]
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | strategisch | strategischer | - |
verbogen | strategische | strategischere | - |
partitief | strategisch | strategischers | - |
Bijvoeglijk naamwoord
strategisch
- als van een krijgsheer
- Zijn strategisch oog zag meteen waar de verdediging kwetsbaar was.
- (militair) betrekking hebbend op een plan voor de eindoverwinning (in contrast met het winnen van een afzonderlijke veldslag of een ander onderdeel van de strijd)
- Hun nederlaag was een strategisch succes door de grote verliezen die ze de vijand toebrachten.
- (militair) belangrijk voor een eindoverwinning
- Zij wilden dit strategisch gelegen fort tot elke prijs verdedigen.
- (figuurlijk) betrekking hebbend op het bereiken van een hoofddoelstelling
- De hogere prijs geeft nu extra winst, maar als het concurrentie uitlokt is het een strategische vergissing.
Antoniemen
- [2] tactisch
Gangbaarheid
- Het woord strategisch staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "strategisch" herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be
Duits
Bijvoeglijk naamwoord
strategisch
Overerving en ontlening
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.