suikerdoos

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  suikerdoos    (hulp, bestand)
Woordafbreking
  • sui·ker·doos
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord suikerdoos suikerdozen
verkleinwoord suikerdoosje suikerdoosjes

Zelfstandig naamwoord

desuikerdoosv/m

  1. feestelijk doosje waarin doopsuikertjes verpakt zitten
     Die op elkaar gepakte suikerdoosjes van huizen in Trovill, die wiebelden als je de deur dichtsloeg en waar ze geen eigen water hadden, stelden niets voor.[2]
     De geboorte van jullie wondertje is een heuglijk moment dat jullie graag met dierbaren willen delen. Wanneer ze straks jullie kleintje komen bewonderen, verwen hun dan met suikerbonen of ander lekkers! Presenteer je geboorte traktaties op een elegante manier aan familie en vrienden met hoge doopsuikerdoosjes.[3]
  2. deel van een servies waarin men suiker kan doen

Gangbaarheid

  • Het woord 'suikerdoos' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Jan Guillou (vert. Bart Kraamer)
    “Echte Amerikaanse jeans” (2017), Uitgeverij Prometheus , ISBN 9789044632767
  3. Weblink bron “Hoge doopsuikerdoosjes passend bij je geboortekaartje”
Dit artikel is uitgegeven door Wiktionary. De tekst is vrijgegeven onder de licentie Creative Commons - Naamsvermelding - Gelijk delen. Voor de mediabestanden kunnen aanvullende voorwaarden gelden.